de bever
Over de bever
De bever is een prachtig dier(knaagdier en zoogdier) met twee scherpe knaagtanden en twee heel handige voorpootjes. Een groot "waterdier" van 120 cm waarvan de staart 30 cm lang is. Hij kan tot 30 kg zwaar worden en gemiddeld 15 jaar worden. Spijtig genoeg heeft de bever een sterke vijand. Ja de mens... |
Waar woont de bever |
Hij woont altijd in de buurt van water en er moeten veel bomen zijn
wilgen en populieren en er moeten veel kruiden groeien. De bever woont meestal in een burcht. Wij kennen een burcht als een versterkt kasteel. Voor de bever heeft deze geordende takkenhoop de zelfde functie. Het is een hol onder een stapel takken. De ingang van het hol zit altijd onder water. Dit is voor de veiligheid. Mogelijke vijanden kunnen de burcht niet betreden.Soms maakt hij ook een hol in steile oevers, maar dan moet het waterpeil steeds gelijk blijven omwille van zijn ingang onder water.zo ziet dei er van buiten uit.
Hoe zit de burcht in mekaar?
Hij werpt een takkenburcht op van geschilde takken en stammen, planten en modder. Soms is dit bouwwerk tot 3 meter hoog en kent een omtrek van 12 meter. De bever is een echte bouwer. Als de bever de burcht in zwemt, komt hij eerst in de natte kamer. Daar gaat hij zijn natte pels uitschudden. Daarna kruipt hij naar de droge kamer om te slapen, rusten, poetsen of te vlooien. De droge kamer is bedekt met geschilde takken, deze takken zijn op maat geknaagd. Regelmatig wordt het bed opgeschud en ververst. Boven in de takkenburcht zit een luchtgat, dat uitkomt in de droge kamer. In de zomer maakt de bever een leger, een veilige burcht. Dat is een ondiepe kuil die bekleed is met houtspaanders. Daarvoor zoekt hij een plaats onder de struiken of dichte kruidenbegroeiing.